verzwikken
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: verzwikken (hulp, bestand)
Woordafbreking
- ver·zwik·ken
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
verzwikken |
verzwikte |
verzwikt |
zwak -t | volledig |
Werkwoord
verzwikken
- (medisch) een gewricht (meestal de enkel) door een ongeluk te ver buigen zodat het beschadigd raakt
- Tijdens het wandelen verzwikte hij zijn enkel omdat hij in een kuil stapte.
Synoniemen
Vertalingen
1. een gewricht (meestal de enkel) door een ongeluk te ver buigen zodat het beschadigd raakt
Gangbaarheid
- Het woord verzwikken staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "verzwikken" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[1] |
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 10
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Voorvoegsel ver- in het Nederlands
- Zwak werkwoord (-t) in het Nederlands
- Werkwoord in het Nederlands
- Onscheidbaar werkwoord in het Nederlands
- Medisch in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 98 %
- Prevalentie Vlaanderen 98 %