verstrooit

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ver·strooit

Werkwoord

vervoeging van
verstrooien

verstrooit

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verstrooien
    • Jij verstrooit. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verstrooien
    • Hij verstrooit. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van verstrooien
    • Verstrooit!