verstoft

Uit WikiWoordenboek


Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ver·stoft
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen verstoft verstofter verstoftst
verbogen verstofte verstoftere verstoftste
partitief verstofts verstofters -
Woordherkomst en -opbouw

Bijvoeglijk naamwoord

verstoft

  1. van iets dat het niet meer hip en modern is; dat het niet meer glanst omdat het niet met de tijd is meegegaan of slecht is onderhouden
    • "Een nieuwe naam betekent daarnaast een motie van wantrouwen aan de 5500 medewerkers van V&D, weet hij. ,,Je bouwt je reputatie op met de mensen die er zijn." Dan is er tenslotte het argument van nationale trots. ,,V&D is oubollig, maar het is wél onze verstofte V&D. Mensen hebben liever dat het warenhuis onder de huidige naam een nieuwe toekomst krijgt in plaats van dat een buitenlandse partij alles verandert." [1] 
  2. van iets dat het al lange tijd niet gebruikt is
    • De herwaardering van dit chemotherapeutische middel volgt op het uit de kast halen van oud, bijna verstoft kankeronderzoek van 22 jaar geleden. Dat vond toen, in 1994, plaats in het VU medisch centrum in Amsterdam. Slechts één mannelijke patiënt reageerde toen buitengewoon goed op dit middel en leefde uiteindelijk nog ruim twintig jaar. [2] 
    • Hierdoor zie je in veel kasten ergens in een hoekje een paar prachtige, maar onder stof verstofte, ‘peep toe pumps’ staan die ooit zijn gekocht omdat ze te prachtig waren om te laten staan maar uiteindelijk nooit gedragen zijn. [3] 

Werkwoord

vervoeging van: verstoffen…
verbogen vorm: verstofte

verstoft

  1. voltooid deelwoord van verstoffen

Gangbaarheid

91 % van de Nederlanders;
65 % van de Vlamingen.[4]

Verwijzingen

  1. Tubantia David Bremmer 12-01-17 Retailexperts: Haal naam V&D snel van de gevel
  2. De Telegraaf RENÉ STEENHORST Updated 09 mei 2016 Kankermedicijn herontdekt
  3. De Telegraaf MARLEEN STAM 04 jan. 2016 De blote voeten tijd komt er weer aan
  4. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be