verkozen uit
Uiterlijk
- ver·ko·zen uit
| vervoeging van |
|---|
| uitverkiezen |
verkozen uit
- meervoud verleden tijd van uitverkiezen
- Wij verkozen uit.
- Jullie verkozen uit.
- Zij verkozen uit.
- Wij verkozen uit.
- Het woord verkozen uit staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.