velvet
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- vel·vet
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Engels, in de betekenis van ‘weefsel’ voor het eerst aangetroffen in 1884 [1] [2][3]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | velvet | velvetten |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
het velvet o
- fluweelachtige stof
Afgeleide begrippen
Gangbaarheid
- Het woord velvet staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "velvet" herkend door:
57 % | van de Nederlanders; |
56 % | van de Vlamingen.[4] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ "velvet" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ velvet op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be