utilitaristen
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: utilitaristen (hulp, bestand)
- IPA: / ˌytiˌlitaˈrɪstə(n) / (6 lettergrepen)
Woordafbreking
- uti·li·ta·ris·ten
Woordherkomst en -opbouw
- utilitarist met uitgang -en
Zelfstandig naamwoord
de utilitaristen mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord utilitarist
- ▸ Epicurus (341-270 v. Chr.) was de eerste invloedrijke Griek die met deze opvatting brak: hij definieerde geluk wél als een geestestoestand, namelijk simpelweg als „de afwezigheid van pijn”. Deze gedachte lag, eeuwen later, ook ten grondslag aan de filosofie van de utilitaristen, die het ‘goede’ definieerden als zoveel mogelijk genot en zo min mogelijk pijn voor zoveel mogelijk mensen.[1]
Gangbaarheid
- Het woord 'utilitaristen' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron Rob Wijnberg“Waarom vrijheid je ongelukkig kan maken” (9 september 2009) op nrc.nl