utgjøre

Uit WikiWoordenboek

Noors

Uitspraak
Woordafbreking
  • ut·gjø·re
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
tegenwoordige
tijd
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
utgjøre
utgjør
utgjorde
utgjort
Klasse 3 zwak

Werkwoord

utgjøre

  1. overgankelijk uitmaken, bedragen
    «Til sammen var det 52 personer med et annet statsborgerskap enn norsk, som utgjør 34 prosent av gjengangerne.»
    Er waren 52 mensen met een andere nationaliteit dan de Noorse, die 34 procent van de recidivisten bedragen.


Nynorsk

Uitspraak
Woordafbreking
  • ut·gjø·re
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
tegenwoordige
tijd
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
utgjøre
utgjør
utgjorde
utgjort
Klasse 2 zwak

Werkwoord

utgjøre

    1. overgankelijk (bijvorm) uitmaken, bedragen
Schrijfwijzen