survivalist

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • sur·vi·va·list
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord survivalist survivalists
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de survivalistm

  1. iemand die zich voorbereidt op een noodsituatie als gevolg van een ramp of sociale, politieke en/of economische opschudding en ongeregeldheden
Synoniemen

Gangbaarheid

Meer informatie