sukwa
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- su·kwa
Woordherkomst en -opbouw
- uit het Surinaams - Nederlands
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | sukwa | sukwa's |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
sukwa
- (voeding) (plantkunde) komkommerachtige groente
- ▸ De Sukwa (Soekwa) (vleugelkomkommer) is familie van de komkommer. Het is langwerpig of iets gekromd met 10 lengteribben en het vlees is sponzig en wit van kleur. De sukwa heeft zijn oorsprong in India.[1]
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord sukwa staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “Sukwa (Soekwa)”, sranangkukru.net