structurerend

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • struc·tu·re·rend

Werkwoord

vervoeging van: structureren
verbogen vorm: structurerende

structurerend

  1. onvoltooid deelwoord van structureren
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen structurerend structurerender structurerendst
verbogen structurerende structurerendere structurerendste
partitief structurerends structurerenders -

Bijvoeglijk naamwoord

structurerend

  1. ordening aanbrengend
    • Het vooruitgangsgeloof van de verlichting heeft nog altijd een dominante en structurerende rol [heeft] op het terrein van wetenschap en techniek. [1] 
    • Door een meer activerende, inspirerende en structurerende rol kunnen ouders actiever bijdragen aan de zelfontplooiing van tieners.” [2] 
Synoniemen


Gangbaarheid


Verwijzingen

  1. Reformatorisch Dagblad 20-11-2009 Evangelie botst met tijdgeest
  2. Reformatorisch Dagblad A. M. P. C. van Hartingsveldt-Moree 22-09-2017 Hersenwetenschapper Jolles pleit voor grote rol ouders in puberteit