rottend

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

vlieg etend van rottend vlees
Uitspraak
Woordafbreking
  • rot·tend

Werkwoord

vervoeging van: rotten
verbogen vorm: rottende

rottend

  1. onvoltooid deelwoord van rotten
stellend
onverbogen rottend
verbogen rottende
partitief rottends

Bijvoeglijk naamwoord

rottend

  1. van iets dat het aan het vergaan is
    • - Het rottende lijk stonk verschrikkelijk. 
    • - Een eenvoudige jacht is het niet. Beslommeringen over lijndikte, aas (rottend rundervlees), zorgen over de dobber (een flinke boei). Problemen met het weer zijn talrijk. De mannen kunnen alleen uitvaren bij blakstil weer en Lofoten kent een ruige meteorologie. En dan nog, bij een mogelijke vangst wacht het beeld van een Groenlands haaiengebit vlak naast een rubberboot. [1] 
Synoniemen
Antoniemen

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. NRC Atte Jongstra 28 oktober 2016