riepen weg
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: riepen weg (hulp, bestand)
Woordafbreking
- rie·pen weg
Woordherkomst en -opbouw
Werkwoord
vervoeging van |
---|
wegroepen |
riepen (...) weg
- meervoud verleden tijd van wegroepen
- Wij riepen weg.
- Jullie riepen weg.
- Zij riepen weg.
- Wij riepen weg.