regest
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- re·gest
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | regest | regesten |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
het regest o
- een eenregelige samenvatting van de inhoud van een oorkonde
Gangbaarheid
- Het woord regest staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "regest" herkend door:
18 % | van de Nederlanders; |
13 % | van de Vlamingen.[3] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ regest op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be