recenter
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- re·cen·ter
Bijvoeglijk naamwoord
recenter
- onverbogen vorm van de vergrotende trap van recent
Gangbaarheid
- Het woord recenter staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "recenter" herkend door:
88 % | van de Nederlanders; |
89 % | van de Vlamingen.[1] |
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be