reactievoetbal

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • re·ac·tie·voet·bal
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord reactievoetbal
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het reactievoetbalo

  1. (voetbal) initiatiefarme manier van voetballen
     "Noem mij nu één land hier waarbij je het water uit de mond loopt. Argentinië? Dat speelt reactievoetbal. Wij spelen in elk geval nog actievoetbal. Geloof me, ik ben heel kritisch op het elftal. Maar soms mogen we ook best even tevreden zijn."[1]
Antoniemen

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 5 maart 2024 Weblink bron “Van Marwijk ingetogen blij” (28 juni 2010, 18:45), NOS