pogo

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • po·go
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord pogo pogo's
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de pogom

  1. (dans) een dans uitgevoerd op heavy metal, hardcore, ska en punk

Werkwoord

vervoeging van
pogoën

pogo

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van pogoën
    • Ik pogo. 
  2. gebiedende wijs van pogoën
    • Pogo! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van pogoën
    • Pogo je? 

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen