onuitputtelijkers

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  onuitputtelijkers    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• on·uit·put·te·lij·kers

Bijvoeglijk naamwoord

onuitputtelijkers

1. partitief van de vergrotende trap van onuitputtelijk

   • Dat is iets onuitputtelijkers... 

Gangbaarheid

• Het woord onuitputtelijkers staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.