onhaalbaar
Uiterlijk
- Geluid: onhaalbaar (hulp, bestand)
- on·haal·baar
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | onhaalbaar | onhaalbaarder | onhaalbaarst |
verbogen | onhaalbare | onhaalbaardere | onhaalbaarste |
partitief | onhaalbaars | onhaalbaarders | - |
onhaalbaar
- niet mogelijk
- De baas had onhaalbare targets gesteld voor zijn toch al overwerkte personeel.
- Het woord onhaalbaar staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.