ongemunt
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- on·ge·munt
Woordherkomst en -opbouw
stellend | |
---|---|
onverbogen | ongemunt |
verbogen | ongemunte |
partitief | ongemunts |
Bijvoeglijk naamwoord
ongemunt [1]
- van een hoeveelheid (edel)metaal dat ze nog niet is gebruikt om er munten van te slaan
Vertalingen
1. van een hoeveelheid (edel)metaal dat ze nog niet is gebruikt om munten van te slaan
Gangbaarheid
- Het woord ongemunt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "ongemunt" herkend door:
73 % | van de Nederlanders; |
66 % | van de Vlamingen.[2] |
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be