ochtendstralen
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: ochtendstralen (hulp, bestand)
- IPA: / ˈɔxtəntˌstralə(n) / (4 lettergrepen)
Woordafbreking
- och·tend·stra·len
Woordherkomst en -opbouw
- ochtendstraal met uitgang -en
Zelfstandig naamwoord
de ochtendstralen mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord ochtendstraal
- ▸ Het liep tegen achten. Het gewone leven begon zijn gang te hernemen. Maastricht stond op uit zijn roes. De rector overdacht zijn leven in deze middelgrote provinciestad aan de uitlopers van de Ardennen. Was de stad geen goed geoliede machine? De eerste witte ochtendstralen vielen op de Markt. Ze deden de klinkers zingen. In Pierre begon een carnavalsliedje te neuriën: ‘'t Is of d'n hiemel opegeit...’[1]
Gangbaarheid
- Het woord 'ochtendstralen' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “Zuiderlingen.” (1998), L.J. Veen, Amsterdam / Antwerpen, ISBN 9020460080, p. 226