normaler

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • nor·ma·ler

Bijvoeglijk naamwoord

normaler

  1. onverbogen vorm van de vergrotende trap van normaal
     Meetings on the move zijn steeds normaler, vooral in Silicon Valley.[1]

Verwijzingen

  1. Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers op Wikipedia