needlespiking
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- nee·dle·spi·king
Woordherkomst en -opbouw
- uit het Engels
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | needlespiking | |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
- het zonder iemands toestemming stiekem prikken om diegene te drogeren
Afgeleide begrippen
Gangbaarheid
- Het woord 'needlespiking' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.