naftbak
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- naft·bak
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van naft en bak
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | naftbak | naftbakken |
verkleinwoord | naftbakje | naftbakjes |
Zelfstandig naamwoord
de naftbak m
- benzinetank
- Voor mij ontploffen ze straks als ze tegen het Groothertogdom verliezen en dan mag ook het jumbotoestel exploderen waarmee ze in juni naar het zuiden vliegen. Dat Guy Thys zijn brandende sigaar maar in hun naftbak gooit! [1]
- Je ziet jezelf al wanhopig naar de razende teller van de benzinepomp kijken, terwijl je vol spijt denkt: ik heb niet de middelen om steeds weer de naftbak van dat ding vol te gooien. [2]
- 'Dat was zo massaal', verzucht Pieter Van de Velde van het Vlaamse Kruis. 'Daar lagen mensen letterlijk levend te verbranden. Jeeps waren uiteengereten, maar de naftbakken [benzinetanks] zaten nog vol benzine en brandden uit. [3]
Gangbaarheid
- Het woord 'naftbak' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Koen Van HoeylandtDe slag om Los Permos: portret van een legerdienst; ISBN 9089244719, VBK - Houtekiet, 2016
- ↑ Luc Coorevits, Hans BogaertAanbevelingen voor een nog beter leven; ISBN 902959215X, Singel Uitgeverijen, 2014
- ↑ Pieter SerrienElke dag angst: De terreur van de V-bommen op België (1944-1945); ISBN 9492159597, Overamstel Uitgevers, 2016