morfologisch
Uiterlijk
- Geluid: morfologisch (hulp, bestand)
- IPA: /mɔrfoˈloɣis/
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | morfologisch | morfologischer | |
verbogen | morfologische | morfologischere | |
partitief | morfologisch | morfologischers | - |
- mor·fo·lo·gisch
- afgeleid van morfologie met het achtervoegsel -isch
morfologisch
- betrekking hebbend op de vorm
- Volgens Hoekstra levert hij een sterke aanwijzing voor het bestaan van ‘bursts of evolution’ op genetisch (en niet alleen morfologisch) niveau. [1]
morfologisch
- partitief van de stellende trap van morfologisch
- Het morfeem is 1 keer meegeteld bij de analyse omdat het hier niet gaat om een fonologisch effect maar om iets morfologisch dat de fonologie beïnvloedt. [2]
- Het woord morfologisch staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Voormolen, S."Hollen en stilstaan" (7 oktober 2006) op website: NRC.nl; geraadpleegd 2016-09-18
- ↑ Polak, W.In welke fonologische context komt afleiding met de achtervoegsels -ig, -erig en -achtig voor? (7 december 2015) bachelorscriptie Taalwetenschap, Universiteit van Amsterdam; p. 100; geraadpleegd 2016-09-18