mocht

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • mocht

Werkwoord

vervoeging van
mogen

mocht

  1. enkelvoud verleden tijd van mogen
    • Ik mocht. 
    • Jij mocht. 
    • Hij, zij, het mocht. 
     Ook al zag hij eruit als een wilde heavy metalfan, hij had een vriendelijke toon in zijn stem waardoor ik hem meteen mocht.[1]

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

  1. Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers op Wikipedia
  2. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be