misvalt
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- mis·valt
Werkwoord
vervoeging van |
---|
misvallen |
misvalt
- (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van misvallen
- ... dat jij misvalt.
- (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van misvallen
- ... dat hij misvalt.
vervoeging van |
---|
misvallen |
misvalt
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van misvallen
- Jij misvalt.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van misvallen
- Hij misvalt.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van misvallen
- Misvalt!
Gangbaarheid
- Het woord misvalt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.