mimet

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • mi·met

Werkwoord

vervoeging van
mimen

mimet

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van mimen
    • Jij mimet. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van mimen
    • Hij mimet. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van mimen
    • Mimet! 

Meer informatie