medaillon

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • me·dail·lon
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘sieraad’ voor het eerst aangetroffen in 1775 [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord medaillon medaillons
verkleinwoord medaillonnetje medaillonnetjes

Zelfstandig naamwoord

het medaillono

  1. een ovaal sieraad waarin meestal een afbeelding van een geliefd persoon zit
    • Medaillons worden aan hangers of als broche gedragen. 

Gangbaarheid

98 % van de Nederlanders;
97 % van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen