mall
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
- mall
Woordherkomst en -opbouw
- uit het Engels
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | mall | malls |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
mall m
- winkelcentrum
- ▸ Er is op verschillende plekken geschoten, zegt de politie. Vooral in de Walmart van het winkelcentrum Cielo Vista Mall, maar ook daarbuiten. ,,De situatie op de plaats van de schietpartij is verschrikkelijk’’, zei politiechef Greg Allen eerder op een persconferentie.[1]
- ▸ De militair verschanste zich in de kelder van de mall en het kwam opnieuw tot een vuurgevecht met veiligheidsdiensten. Die schoten hem uiteindelijk dood.[2]
- brede, lange, statige laan
Synoniemen
- [2] maliebaan
Hyponiemen
Gangbaarheid
- Het woord mall staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "mall" herkend door:
43 % | van de Nederlanders; |
38 % | van de Vlamingen.[3] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑
Weblink bron “Schietpartij El Paso: 20 doden, FBI spreekt van terreuraanslag en haatmisdrijf” (3 aug. 2019), Tubantia
- ↑
Weblink bron “Thaise militair die bloedbad aanrichtte doodgeschoten” (09 feb. 2020), De Telegraaf
- ↑
Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be