maanden

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • maan·den

Zelfstandig naamwoord

de maandenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord maand
     Waarom ging ik zes maanden op de Pacific Crest Trail (PCT) dwars door Amerika lopen? Tja, waarom niet.[1]

Werkwoord

vervoeging van
manen

maanden

  1. meervoud verleden tijd van manen
    • Wij maanden. 
    • Jullie maanden. 
    • Zij maanden. 

Verwijzingen

  1. Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers op Wikipedia