lika

Noors

Woordafbreking

• li·ka

Werkwoord

lika

1. verleden tijd van like
2. voltooid deelwoord van like

Schrijfwijzen

• [1-2]: liket
• [1]: likte
• [2]: likt

Zelfstandig naamwoord

lika, mv

1. bepaalde vorm nominatief meervoud van lik

Schrijfwijzen

• likene

Nynorsk

Woordafbreking

• li·ka

Werkwoord

lika

1. verleden tijd van lika
2. voltooid deelwoord van lika

Schrijfwijzen

• [1]: likte
• [2]: likt

lika

1. verleden tijd van like
2. voltooid deelwoord van like

Schrijfwijzen

• [1]: likte
• [2]: likt

Zelfstandig naamwoord

lika,

1. bepaalde vorm nominatief meervoud van lik

Zelfstandig naamwoord

lika

1. verouderde spelling of vorm van amme tot 2012

(verouderd) onbepaalde vorm nominatief enkelvoud van amme, v