lieverlee

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • lie·ver·lee
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

de lieverleev

  1. geleidelijk verloop van tijd (alleen in onderstaande uitdrukking)
    • „De gezelligheid verdween uit de zaak. Er stonden er zes buiten te roken en aan het schap zat nog drie man”, vertelt Theo van Baal van café De Doedelzak aan de Alleeweg. Bij René Smit van café Vrieler aan de Brinkstraat zaten alle klanten in de rokersruimte. Personeelslid Marianne Sikkema ging er van lieverlee maar bij zitten. „Terwijl dat eigenlijk niet mocht.” [3] 
    • De Françaises nemen het nu op tegen Indonesië. De verrassende Aziatischen ontpopten zich in Brabant van lieverlee als publiekslievelingen. Ze versloegen woensdag favoriet Engeland: 185-177,5. [4] 
    • De Corolla trof de Amerikanen in de vroege jaren zeventig ook nog eens in hun zwakke plek: hij was compact en zuinig, in een tijd dat Amerikaanse slagschepen minimaal zes meter lang waren en voorzien van ongekend dorstige acht- of zescilinders. De Corolla werd na Japan en de VS van lieverlee wereldwijd verkocht. [5] 
Typische woordcombinaties
  • van lieverlee

Gangbaarheid

87 % van de Nederlanders;
58 % van de Vlamingen.[6]

Verwijzingen