kwam bijeen
Uiterlijk
- Geluid: kwam bijeen (hulp, bestand)
- kwam bij·een
vervoeging van |
---|
bijeenkomen |
kwam bijeen
- enkelvoud verleden tijd van bijeenkomen
- Ik kwam bijeen.
- Jij kwam bijeen.
- Hij, zij, het kwam bijeen.
- Ik kwam bijeen.
- Het woord kwam bijeen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.