Naar inhoud springen

kwam

Uit WikiWoordenboek
  • kwam
vervoeging van
komen

kwam

  1. enkelvoud verleden tijd van komen
    • Ik kwam. 
    • Jij kwam. 
    • Hij, zij, het kwam. 
     Doordat de wind recht mijn kant opblies en het geluid van de donder steeds dichterbij kwam bleven mijn tranen stromen.[1]
98 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[2]
  1. Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers op Wikipedia
  2. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be


kwam

  1. vorm van -m, verwijzend naar een eerste persoon enkelvoud in bezit van een woord van klasse 15 : mijn