isotopisch
Uiterlijk
- Geluid: isotopisch (hulp, bestand)
- iso·to·pisch
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | isotopisch | isotopischer | |
verbogen | isotopische | isotopischere | |
partitief | isotopisch | isotopischers | - |
isotopisch [1]
- betrekking hebbend op een isotoop
- Het woord 'isotopisch' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.