inzie

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • in·zie

Werkwoord

vervoeging van
inzien

inzie

  1. (in een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inzien
    • ... dat ik inzie. 

Werkwoord

vervoeging van
inzien

inzie

  1. (in een bijzin) enkelvoud tegenwoordige tijd aanvoegende wijs van inzien
    • ... dat men inzie.