inluizen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- in·lui·zen
Zelfstandig naamwoord
inluizen
- verouderde spelling of vorm van erin luizen tot 2015
- ▸ Normaal stelt hij als eis vooraf dat er minimaal veertig, vijftig toehoorders komen opdagen. Nu zijn er niet meer dan een stuk of tien jongeren. Hij heeft zich er een beetje laten inluizen, zegt hij.[1]
Opmerkingen
- In de officiële spelling vanaf 2015 wordt de zin: "Hij heeft zich er een beetje in laten luizen."
Gangbaarheid
- Het woord 'inluizen' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "inluizen" herkend door:
93 % | van de Nederlanders; |
95 % | van de Vlamingen.[2] |
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron Japke-d. Bouma“Een rugzak die niet af kan” (12 augustus 2006) op nrc.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 8
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 3 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Oude spelling van het Nederlands van voor 2015
- Niet in Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 93 %
- Prevalentie Vlaanderen 95 %