homogaam
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ho·mo·gaam
Woordherkomst en -opbouw
stellend | |
---|---|
onverbogen | homogaam |
verbogen | homogame |
Bijvoeglijk naamwoord
homogaam [2]
- (plantkunde) met gelijktijdig rijp zijnde meeldraden en stampers
Verwante begrippen
Gangbaarheid
- Het woord 'homogaam' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.