hivde

Uit WikiWoordenboek

Noors

Woordafbreking
  • hiv·de
Naar frequentie > 50000

Bijvoeglijk naamwoord

Bijvoeglijk naamwoord

hivde, m / v / o

  1. bepaalde vorm enkelvoud van de stellende trap van hevd

hivde, mv

  1. onbepaalde en bepaalde vorm meervoud van de stellende trap van hevd

Werkwoord

hivde

  1. verleden tijd van hive
Schrijfwijzen


Nynorsk

Woordafbreking
  • hiv·de

hivde, m /v / o

  1. bepaalde vorm enkelvoud van de stellende trap van hivd

hivde, mv

  1. onbepaalde en bepaalde vorm meervoud van de stellende trap van hivd

Bijvoeglijk naamwoord

hivde, m /v / o

  1. bepaalde vorm enkelvoud van de stellende trap van hive

hivde, mv

  1. onbepaalde en bepaalde vorm meervoud van de stellende trap van hive

Bijvoeglijk naamwoord

hivde, m /v / o

  1. bepaalde vorm enkelvoud van de stellende trap van hivt

hivde, mv

  1. onbepaalde en bepaalde vorm meervoud van de stellende trap van hivt

Werkwoord

hivde

  1. verleden tijd van hive