herkiesbaar

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • her·kies·baar
Woordherkomst en -opbouw
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen herkiesbaar herkiesbaarder herkiesbaarst
verbogen herkiesbare herkiesbaardere herkiesbaarste
partitief herkiesbaars herkiesbaarders -

Bijvoeglijk naamwoord

herkiesbaar

  1. voor een volgende termijn opnieuw te kiezen bij een verkiezing
    • President François Hollande kondigde in januari plannen aan om de werkloosheid aan te pakken. Eerder zei Hollande zich niet herkiesbaar te zullen stellen bij de presidentsverkiezingen, in mei volgend jaar, als de werkloosheid niet is gedaald. [1] 

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. NRC 27 april 2016