goddelijks

Uit WikiWoordenboek
Versie door Marcel coenders (overleg | bijdragen) op 25 okt 2016 om 03:11 (Nieuwe pagina aangemaakt met '{{=nld=}} {{-pron-}} *{{sound}}: {{audio|nl-{{pn}}.ogg|{{pn}}|nld}} {{-syll-}} *god·de·lijks {{-adjc-|0}} {{nl-adjc-form|goddelijk|part|pos}} {{bijv-1|Dat is iets...')
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • god·de·lijks

Bijvoeglijk naamwoord

goddelijks

  1. partitief van de stellende trap van goddelijk
    • Dat is iets goddelijks...