ging dicht
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: ging dicht (hulp, bestand)
Woordafbreking
- ging dicht
Woordherkomst en -opbouw
Werkwoord
vervoeging van |
---|
dichtgaan |
ging dicht
- enkelvoud verleden tijd van dichtgaan
- Ik ging dicht.
- Jij ging dicht.
- Hij, zij, het ging dicht.
- Ik ging dicht.
Gangbaarheid
- Het woord ging dicht staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.