gefactureerd
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ge·fac·tu·reerd
Woordherkomst en -opbouw
- vervoeging van factureren: de stam met omvoegsel ge- -d
Werkwoord
vervoeging van: | factureren… |
verbogen vorm: | gefactureerde |
gefactureerd
- voltooid deelwoord van factureren