flanste ineen

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • flans·te in·een
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
ineenflansen

flanste (...) ineen

  1. enkelvoud verleden tijd van ineenflansen
    • Ik flanste ineen. 
    • Jij flanste ineen. 
    • Hij, zij, het flanste ineen. 

Gangbaarheid