festivaldagen
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: festivaldagen (hulp, bestand)
- IPA: / ˈfɛstivɑlˌdɑɣə(n) / (5 lettergrepen)
Woordafbreking
- fes·ti·val·da·gen
Woordherkomst en -opbouw
- festivaldag met uitgang -en
Zelfstandig naamwoord
de festivaldagen mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord festivaldag
Gangbaarheid
- Het woord festivaldagen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.