existeert

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • exis·teert

Werkwoord

vervoeging van
existeren

existeert

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van existeren
    • Jij existeert. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van existeren
    • Hij existeert. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van existeren
    • Existeert!