Naar inhoud springen

eenhonderdenachttien

Uit WikiWoordenboek
0 1 1 8
eenhonderdenachttien,
op een abacus
  • een·hon·derd·en·acht·tien

eenhonderdenachttien

  1. "118", langere vorm van honderdachttien, honderd plus achttien (soms gebruikt om verwarring met een ander honderdtal te voorkomen of in plechtige formuleringen)
    1. om een hoeveelheid aan te geven
      • De inzameling heeft eenhonderdenachttien euro en vijftig cent opgebracht. 
    2. om een plaats in een volgorde aan te geven
      • De hoofdprijs van de verloting valt op lot eenhonderdenachttien. 
  • honderdachttien (deze kortere vorm is de gangbare vorm, "eenhonderdenachttien" wordt zelden gebruikt)[1] [2]

hooftelwoord samengesteld met "eenhonderdenachttien" ht als linkerdeel

  1. Bronlink geraadpleegd op 1 mei 2021 Weblink bron
    W. Haeseryn e.a.
    “7.2.1.1 Bepaalde hoofdtelwoorden, onder 2” (januari 2019) op e-ans.ivdnt.org (Algemene Nederlandse Spraakkunst)
  2. Bronlink geraadpleegd op 1 mei 2021 Weblink bron “Tweeduizend zes / tweeduizend en zes” op taaladvies.net (Nederlandse Taalunie)