eenhonderddrieënzeventig
Nederlands
0 | 1 | 7 | 3 |
eenhonderddrieënzeventig,
op een abacus
op een abacus
Uitspraak
- Geluid: eenhonderddrieënzeventig (hulp, bestand)
- IPA: / ˌenhɔndərˈdrijənˌsevə(n)təx / (8 lettergrepen); soms met nadruk ter onderscheiding van 'eenhonderddrieënnegentig': /ˌenhɔndərˈdrijənˌzøvəntəx/
Woordafbreking
- een·hon·derd·drieën·ze·ven·tig, een·hon·derd·drie·en·ze·ven·tig
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van eenhonderd ht en drieënzeventig ht
Hoofdtelwoord
eenhonderddrieënzeventig
- "173", langere vorm van honderddrieënzeventig, honderd plus drieënzeventig (soms gebruikt om verwarring met een ander honderdtal te voorkomen of in plechtige formuleringen)
- om een hoeveelheid aan te geven
- De inzameling heeft eenhonderddrieënzeventig euro en vijftig cent opgebracht.
- om een plaats in een volgorde aan te geven
- De hoofdprijs van de verloting valt op lot eenhonderddrieënzeventig.
- om een hoeveelheid aan te geven
Synoniemen
- honderddrieënzeventig (deze kortere vorm is de gangbare vorm)
Afgeleide begrippen
rangtelwoord
hooftelwoord samengesteld met "eenhonderddrieënzeventig" ht als linkerdeel
Gangbaarheid
- Het woord 'eenhonderddrieënzeventig' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.