Naar inhoud springen

duwden op

Uit WikiWoordenboek
Versie door Kvdrgeus (overleg | bijdragen) op 3 mrt 2019 om 12:26 (Nieuwe pagina aangemaakt met '{{=nld=}} {{-pron-}} *{{sound}}: {{audio|nl-{{pn}}.ogg|{{pn}}|nld}} <!--*{{WikiW|IPA}}: {{IPA|/xxxx/|nld}}--> {{-syll-}} *duw·den op {{-etym-}} *{{vorm-scheidbaar-...')
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)
  • duw·den op
vervoeging van
opduwen

duwden (...) op

  1. meervoud verleden tijd van opduwen
    • Wij duwden op. 
    • Jullie duwden op. 
    • Zij duwden op.