domme

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • dom·me

Bijvoeglijk naamwoord

domme

  1. verbogen vorm van de stellende trap van dom
     De verhalen op www. zowelbedorvenvleesalsverrottevis. nl hadden namelijk twee dingen gemeen. Ze speelden zich af in een all-inclusive resort en op het eerste gezicht was er sprake van een ongeluk of domme pech.[1]

Gangbaarheid

98 % van de Nederlanders;
97 % van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen